6 november 2018

In de vorm van een reportage beschrijft Frank Westerman zijn zoektocht naar overblijfselen van de oermens. Een vaak lastige zoektocht, eentje waarbij ook ontdekkingen naar boven komen die je relativeringsvermogen als expediteur danig op de proef stellen. Maar waar is de ‘missing link’? Bestaat die eigenlijk wel? En wat maakt dat de mens zich zo superieur voelt boven de andere dieren? Het is van alle tijden dat acceptatie van nieuwe vondsten vaak zo stroef is gegaan.
In eerste instantie zijn ontdekkingen zelfs gewoon ontkend, als onzin afgedaan, de vinders luidruchtig miskend, zeker als het niet lijkt te passen bij de verwachtingen van de ontwikkeling van de oermens. En niet alleen door religieuzen die blindelings bij het Bijbelverhaal willen blijven. Want waar zou Flo dan tussen moeten passen? Of het Tang-kind? Voor uitzonderingen en nieuwe theorieën lijkt geen plaats. Wat een enorm gekonkel soms tussen de grote ego’s van verschillende paleoantropologen. Een bedenkelijke rol is ook weggelegd voor de Rooms-Katholieke kerk. Wat is er geworden van de mensheid?
Westerman heeft een heel prettige, niet-pompeuze, nuchtere schrijfstijl, met een humoristische ondertoon. Een feest om te lezen over dit boeiende onderwerp, een reis waarvan we het eindstation misschien wel nooit zullen kennen.
WIJ, DE MENS
September 2003. In een grot op Flores, Indonesië, komt een fossiele oermens bloot te liggen van amper een meter hoog. Rondom haar liggen skeletten van ratten zo groot als honden, olifanten zo klein als pony’s en reuzenooievaars van 1 meter 80. Wat zegt deze spiegelwereld over wie wij zijn en waar we vandaan komen?Wij, de mens neemt de lezer mee op een filosofische wereldreis – van de Maasvallei tot op de vulkaanhellingen van Indonesië. De inzet is hoog. Want als wij de overtreffende trap van het dier zijn, waarin schuilt dan het onderscheid?
Waar je in Sapiens van Harari een duizelingwekkende reis in vogelvlucht maakt langs de historie van de mens als soort, zit je er in Wij de mens middenin, je doet mee, je stuit op de strubbelingen die het bijna onmogelijk maken om een lijn te ontdekken in de chaos van opgravingen van de mogelijk missende schakel, de uitzonderingen tussen de al bekende voorouders. Ik tref echter ook een mooie veelzeggende overeenkomst aan, door Westerman verwoord, maar ook de kern van Sapiens.
‘(..)… (de mens) de (ontstane) intelligente wezens vergissen zich als ze in de natuur waaraan ze zijn ontsproten betekenis of zin menen te zien, of bedenkelijker: tekenen van hogere machten. (…) Ze laten hun oren hangen naar verhalen die ze eerst zelf verzonnen hebben. Er wordt geofferd bij de bron, gedanst Rons hert vuur, gebeden op de berg.’
En iets verderop:
‘…de mens (is) de uitkomst van een ongeluk. Een bijzonder type ongeluk: de ontsporing. We hebben, slim als we zijn, de wissels van de evolutie weten om te zetten en zijn uit de rails van de natuur gelopen. Als zelfbenoemde ‘kroon op de schepping’ zijn we erin geslaagd de planeet, met inbegrip van de dampkring, zo zwaar te vervuilen dat we erin doodgaan. Welkom in het antropogeen.’
Zie hier, mijns inziens, de kern van de huidige mondiale problemen.
Querido Fosfor, 2018
282 pagina’s
ISBN 9789021412122